Verantwoording

Het Gildeboek “Verantwoording”

De eerste acht bladen van het Gildeboek van Netterden zijn gewijd aan het Ieven van St. Walburgis, de schutspatrones van de parochiekerk. Deze tekst is klaarblijkelijk uit een oud heiligenleven overgeschreven en is slecht Ieesbaar. De betreffende bron wordt op blad 7 aangeduid als: Wide dat Passionael der Heiligen, in dat 1te deel. Folio 23″. Mede gezien de onbeduidendheid voor de plaatselijke geschiedschrijving heb ik geen moeite gedaan van deze teksten (in totaal acht bladen) een transcriptie te maken. De meeste bladen van het origineel zijn in de rechterbovenhoek van een nummer voorzien (alleen aan de voorzijde). Deze nummering bevat hiaten, maar in mijn afschrift heb ik de nog leesbare nummers gewoon overgenomen in de volgorde waarin ze heeft aangetroffen, met als toevoeging “a” (voorzijde) en “b” (keerzijde). Andere bladen heb ik gemarkeerd als “volgend blad”.

Van het originele exemplaar, afkomstig uit het archief van de kerk van Netterden, zijn door bemiddeling van het gemeentearchief van Gendringen fotokopie4n gemaakt (formaat 24½ bij 33½ cm), aan de hand waarvan ik deze transcriptie heb vervaardigd. Het pakket fotokopieën, met een dikte van 2½ cm, wordt bijeengehouden door een schroefklem die het lezen van de tekst in de rug bemoeilijkt. Do volgorde van do tekst roept vete vragen op. gezien do datering van sommige gedeelten. Kennelijk bestaat het origineel uit meerdere onderdelen, die klaarblijkelijk niet in do juiste chronologische volgorde zijn gebundeld. Qok bij het samenvoegen van do fotokopieën moeten weer fouten zijn gemaakt. Zo bevindt een kopie van blad 9 zich twee bladzijden vd6r do kopie van blad 7, en van een ongenummerd blad uit het heiligenleven (eindigend met de woerden “doe openbaarde sigh ihr”) heb ik op twee plaatsen een fotokopie aangotroffen! Waar zich in do fotokopie leesproblemen voordeden – hetgeen halaas vaak het geval bleek te zijn – heb ik deze gemarkeerd met een hekje (#) of een vraagteken (?). Deze passages kunnen voor een deal wellicht nog worden verbeterd aan de hand van het origineel. Op de fotokopie is namelijk niet altijd de volledige tekst te zien doordat er plooien of ezelsoren in het papier zitten of doordat een deel van de tekst tijdens de afwerking is weggesneden. De rommelige spelling, het duo gebruik van hoofdletters en het te pas en te onpas gebruiken van spaties in woorden is zo veel mogelijk conform het origineel. Op vele plaatsoen leverde het slordige handschrift veel leesproblemen op. zodat het niet uitgesloten is dat bepaalde passages nog gecorrigeerd moeten worden. Het oorspronkelijke regelverloop kon met het oog op de Leesbaarheid onmogelijk worden gehandhaafd. De transcriptie is dus doorgaans niet regel op regel” overgetypt, maar de tekst loopt zonder onderbrekingen door (voorzover daarover geen twijfel bestond). Waar nodig zal een nadere bestudering van het origineel uitsluitsel moeten geven over de vraag of een bepaalde passage wel in de juiste context staat. De gildemeesters hebben zich in elk geval niet erg druk gemaakt over de schrijfwijze van het Nederlands of over het voeren van een overzichtelijke boekhouding. De afzonderlijke posten heb ik aanvankelijk met drie streepjes (–) van elkaar gescheiden. Deze heb ik tijdens de opmaak van dit document vervangen door een halve witregel. Met behulp van een schuine streep (I) wordt de rechterkolom (de kolom met de bedragen in daalders, stuivers en penningen, of later in guldens en centen) aangeduid (soms is de schuine streep gebruikt als een scheidingsteken in teksten die anders abusievelijk op elkaar zouden volgen). De geldsbedragen zijn rommelig en inconsequent ingevuld. 1k heb geprobeerd er een beetje eenheid in aan te brengen door bijvoorbeeld een 0 (nul) in te vullen op plaatsen waar niets stond of waar een paar verticale streepjes of andere krabbels blijkbaar de betekenis hebben van “nul”. De linkermarge van het origineel is soms gebruikt voor het vermelden van bijzonderheden betreffende de betaling (“voldaan”, “bet feytgelt betaelt” en dergelijke). Ook de plaats van deze marginale aantekeningen correspondeert niet eenduidig met de beschrijving van de posten. Op sommige plaatsen zijn achter bepaalde teksten krabbels te zien die als accolades fungeren. Met de transcriptie van deze bron ben ik begonnen op 2 juli 1999 op mijn vakantieadres in Jipsingboertange. Na een onderbreking van 24 juli tot 1 7 oktober had ik op 25 november 1 999 dan eindelijk bet gehele gildeboek in mijn computer opgeslagen (afgezien van de eerste acht bladen). 1k heb mij voorgenomen nooit weer aan een dergelijke klus te beginnen als ik me opnieuw met fotokopieën zou moeten behelpen. Overigens heb ik van de zijde van de gemeentearchivaris, de beer P. Bresser, alle medewerking ondervonden, waarvoor mijn dank. Wie voelt zich geroepen de afschriften nu nog even te verifiëren aan de hand van bet origineel?

(bron: J.H.G. te Boekhorst)